Verdieping

Uit de hoogtekaart kun je veel informatie halen. De depressie is goed als een gronde laagte te zien op de hoogtekaart.

Hoogtekaart van het gebied. Hierop is de depressie en de andere hoogteverschillen in het landschap goed te zien.

De pingoruïne ligt in een laagte van de Hondsrug, en is een stuk lager ligt dan zijn directe omgeving. De pingoruïne zelf ligt op zo’n 14,5 m + NAP. De hoge esgronden aan de oostzijde liggen op ongeveer 18 tot 21 m +NAP.

Hoogtekaart met shaded reliëf. De diepte van de depressie is goed te zien door de blauwe kleur; dit is geen water!.

Op de eerste kadastrale kaart, de grondgebruik kaart uit 1832 is te zien dat het terrein al in cultuur is genomen. De locatie van de pingoruïne was toen in gebruik als bouwland.

In 1905 wordt de locatie aangegeven als onderdeel van de es. En in 1950 wordt de laagte expliciet aangegeven. Later is de plek een soort ‘postzegel’ in het bouwland geworden. Momenteel is het ruig grasland dat dienst doet als paardenweide.

De depressie is niet geschikt als akkerbouw grond want hij is te nat. Er is daarom in het verleden veel zand opgegooid, dit heeft niet voldoende geholpen.

Kaart van het grondgebruik van de pingoruïne in 1832. In die periode werd de locatie wel als akkerland gebruikt.

Uit het onderzoek kwam naar voren dat het een droge pingoruïne is zonder veeninvulling, alleen op het diepste punt was een zeer dunne laag zandig veen aanwezig. De dikke grijze laag (zie profiel) is opgebrachte grond.

De rest van het profiel bestaat uit dekzand, waarin bodemvorming heeft plaatsgevonden. De locatie net buiten de pingoruïne liet zien dat er verweerd keileem (keizand) onder het dekzand aanwezig was, in de pingoruïne zelf vind je daar niets van terug. Hier zit onderin (licht geel) Peelozand, dat is zo karakteristiek door de aanwezigheid van glimmertjes.

Door de combinatie van factoren: vorm, diepte, afwezigheid van keileem en aanwezigheid van Peelozand onderin, is geconcludeerd dat het hier om een droge pingoruïne gaat. Omdat de pingoruïne nog geen naam had is hij vernoemd naar de school van de leerlingen en heet hij nu Impuls pingo!

Uitgewerkt profiel op basis van de boringen. Het profiel verloopt met een knik: het linker deel loopt van west naar oost en het rechter deel van zuid naar noord, waarbij het diepste punt het laatste boorpunt is voor beide raaien (interpretatie door A. Verbers)


Topografische kaarten

Topografische kaart 1905. De pingoruïne was toen in gebruik als bouwland, maar werd nog niet aangegeven als depressie.

Topografische kaart 1950. De pingoruïne was nog steeds onderdeel van het bouwland, maar staat nu wel als depressie op de kaart.

Topografische kaart 2016. De pingoruïne ligt als een postzegel in het landbouwgebied.