Een pingoruïne aan de Tilweg te Gees


Ten westen van het dorp Gees ligt, net voor het beekdal van de Geeserstroom, een prachtige ronde laagte die deels gevuld is met water. Op de pingokaart heeft hij nummer 1134 gekregen.

Op basis van kaartanalyses en verhalen is nu vastgesteld dat het hier inderdaad om een pingoruïne gaat. Ook is er in 2005 archeologisch onderzoek gedaan in het kader van het natuurontwikkelingsproject Geeserstroom.

Op de onderstaande topografische kaart is de huidige situatie weergegeven (fig. 1). Een ronde laagte, gevuld met water en in het midden ligt een klein eiland. De situatie lijkt zeer natuurlijk (zie fig. 2), maar er is in de afgelopen decennia veel veranderd!

Topografische kaart pingoruïne Tilweg Gees (Bron: Topotijdreis, 2019)

In 1950 is het nog een natte plek in de heide, waarin enkele veenputten aanwezig zijn. 1n 1970 is het gebied grotendeels in cultuur gebracht en rest er een laagte gevuld met heide en/of veen. In 2000 is de laagte geheel bebost geraakt, en rond 2010 is besloten in te grijpen en de laagte geheel open te graven (fig. 3).

Pingoruine nr 1134 Tilweg Gees Hans Habers

kaartjes verhaal 1134

De locatie is inmiddels ook onderzocht, er blijkt 5,5m veen aanwezig te zijn en daaronder zit nog 40 cm gyttja. Er is 1 boring gedaan aan de west rand die aangeeft dat daar dekzand op keileem ligt, wat weer op fijn zand van de Peelo Formatie ligt. Drie ijstijden op elkaar dus.

Maar er zijn ook aanwijzingen dat hier een ‘gat’ in de keileem zit, waardoor er vanuit de diepte kwel op kan treden.

Maar ook op basis van de mooie verhalen kunnen we concluderen dat het hier een pingoruïne betreft!

Verdronken koeien

Hans Habers uit Gees maakte mooie foto’s van deze locatie vanuit een luchtballon, en raakte zo gefascineerd door deze pingoruïne (fig. 2, 4, 5).

pingoruïne Tilweg Geest (bron: Hans Habers)

Hij sprak met de boer die lang eigenaar was van het terrein waarin de pingoruïne ligt, Klaas Tietema. Die vertelde dat ongeveer halverwege vorige eeuw plots enkele koeien uit de weide braken.

Twee koeien renden daarop het water van de natte laagte in, die toen nog deels in heide lag (zie fig. 3b). Zo snel dat de runderen erin liepen, zo snel verdwenen ze in het veen van dit veengat.

Met man en macht werd één koe met stroppen en paarden eruit getrokken. De andere koe verdween geheel en is erin gebleven…

pingoruïne Tilweg Geest (bron: Hans Habers)

Jagers

Ook is er een verhaal over jacht rondom deze locatie; er werd gejaagd op wild en gevogelte (zie ook het verhaal van de Pandijkseveld, Oosterhesselen, nr. 1085).

Eén van de jagers was zo enthousiast dat hij pardoes het water van de pingoruïne in liep en tot aan zijn schouders wegzakte in het veen. Gelukkig was hij niet alleen op jacht, en zo werd hij door andere jagers en drijvers gered.

Grote diepte

De eigenaar gaf aan dat hij vermoedt dat de pingoruïne meer dan 5 meter diep is, wat inderdaad klopt met het onderzoek.

Het veen dat er in zit is tot in de vijftiger jaren deels gewonnen (zie fig. 3a). Zowel in de zomer als in de winter stond er altijd water in volgens de overleveringen van de plaatselijk boeren uit Gees: “Dit ‘gat’ is levens- gevaarlijk!”