1114 I Midlaren N I Schutsweg


Deze locatie is eigendom van Het Drentsche Landschap, en ligt als een klein natuurterreintje midden in een akkerlandschap. Op luchtfoto’s en historische kaartbladen zie je dat het perceel langzaam steeds kleiner is geworden omdat het in het verleden is ‘dichtgereden’ t.b.v. landbouwkundig gebruik. Het perceel is alleen via de akkers te bereiken. Hij ligt echt boven op de Hondsrug in en verder kaal landschap.

Het was vooral nieuwsgierigheid wat maakte dat er onderzoek gedaan werd, eerst een boring in 2022 met Wim Hoek (UU) en student en in 2024 nog en extra boring tijdens een excursie voor het Geopark de Hondsrug. Zo hebben we toch kunnen vaststellen dat het vermoeden dat het hier om een pingoruïne gaat, klopt.

Wat opvalt aan de luchtfoto is dat het kleine bosperceel midden in een akker ligt, maar dat je kunt zien aan de donkere kleur dat de pingoruïne groter is dan het bosje.

Ook op het AHN kun je goed zien dat het hier een vrij ronde depressie gaat die omgeven wordt door een vrij hoge rug. De laagte ligt op 5,43m boven NAP en de rug aan de westzijde op 7,23m en oost 7,43m. Alleen al in het oppervlakte reliëf zit een hoogteverschil van 2m!

Op basis van de twee boringen kun je al zien dat de hellingen rij steil zijn. De oostelijke boring is aan de buitenzijde van het bosje  gezet. Hier ligt wat zandig veen op een dik veenpakket op glaciaal zand en grind. De afstand tot de centrale boring bedraagt ongeveer 30m. Hier is het veenpakket 4,20m dik en rust het op een dun pakket lemig fijn zand op een zeer dun laagje humeus fijn zand op zandige keileem. De keileem voelt vrij nat.

Als je er vanuit gaat dat het veentje in het verleden wat dikker was, hebben we gauw te maken met een veenpakket van 5m dikte, uit de periode voordat het akkerperceel gedraineerd werd. Dat is best bijzonder zo boven op de Hondsrug!

Tot de jaren tachtig van de vorige eeuw, kende de pingoruïne nog een ‘beschermde’ zone, waar niet geakkerd werd. Sinds die tijd wordt het perceel steeds kleiner..

Het boorprofiel laat zien dat de vulling geheel uit veen bestaat; het veen is meegegroeid met de grondwaterspiegel die steeg in het Holoceen. De pingoruïne heeft nooit lange tijd openwater gehad.


Zie ook

Luchtfoto

topografie
Luchtfoto met boorlocaties
hoogtekaart/ AHN
kaart 1915
1980, met grasland rondom
2000, Wdeel verdwijnt in de akker
profiel van 2 boringen